In 2018 vierde Leif Erikson haar 65 jarig jubileum.
In 2018 vierde Leif Erikson haar 65 jarig jubileum. De groep bestond eigenlijk al eerder onder de naam Boisotgroep. De Boisotgroep was opgericht in 1945. De groep had de beschikking over de bovenverdiepingen van een pakhuis in Leiden. Een Grote Sloep was in het bezit van de groep, andere boten waren in bruikleen van leden en leiding. De boten lagen in een sloot bij wat nu Roomburgh is. In 1952 kwam er toestemming voor de naamswijziging naar Vikinggroep Leif Erikson.
De groep was toen nog steeds gevestigd in Leiden, maar er waren al veel Voorschotense jongeren lid van de groep. In mei 1953 kwam de groep daarom naar Voorschoten. Dat gebeurde met een feestelijk defilé voor de burgemeester en andere belangrijke personen. Het nieuwe onderdak was een onbewoonbaar verklaarde woning aan de Elstlaan. Het was er zo klein dat alle activiteiten buiten gedaan moesten worden. Er kwamen meer eigen bootjes, namelijk gekregen kleine houten reddingssloepjes. Daarnaast werden er roeibootjes gehuurd.
In 1955 verscheen het eerste kaderblaadje, nu Leifblad geheten. Het is tussendoor (1974) een keer heropgericht. Er was in de loop der jaren een grote variatie in hoe het blad gebruikt is, van emotionele uitingen over het functioneren van een van de groepen, tot zakelijke informatie verstrekken. Sinds 2015 hebben de internetsite en Facebook de functie van het Leifblad overgenomen.
Het onderdak aan de Elstlaan was erbarmelijk. In 1956 kwam toestemming een boerderij in Vlietwijk te verbouwen voor alle Voorschotense Padvindersgroepen. De boerderij is een jaar later in gebruik genomen en Kimshoeve gedoopt en de straat, de Lord Baden Powellweg.
In 1960 is de eerste lelievlet aangeschaft, een stalen boot ‘de 104’ die tot 2018 bij Leif heeft dienstgedaan. In 1961 volgt de eerste motorboot (Sleipnir). Met die motorboot werd de Kaag bereikbaar voor weekendkampjes.
De groep groeide door en de Kimshoeve werd te klein (de landscouting zat daar ook nog in). Er was ook een wens om een plek aan het water te vinden. Die werd gevonden op het ‘MOC terrein’ in de vorm van twee oude toilet- en wasgebouwtjes. Toen was er voor het eerst een ‘troephuis’ een ‘botenhuis’ en een haventje. De vloot groeide door vele acties van de groep waarbij geld werd verdiend.
Maar ook het ledenaantal groeide. Tot 1971 bestonden de speltakken ‘welpen, verkenners en stam’ alleen uit jongens. In 1971 werden meisjes toegelaten: de `Vendel”, eerst als aparte groep, later gemengd, waardoor Troep (jongens) en Vendel (meisjes) ontstond.
Begin jaren 70 werd ook actie ondernomen om te voorkomen dat 15/16 jarigen afhaakten en er daardoor een gebrek aan leiding ontstond.
De volgende afspraken werden gemaakt:
Dat werkte goed voor de groep, de jongeren bleven. Maar van het thuisfront kwamen soms klachten, de jongeren werden te mondig in de ogen van sommige ouders. In de ogen van andere scoutinggroepen is Leif Erikson tot op de dag van vandaag een vrijgevochten groep. Maar ondertussen wel de grootste in de regio en één van de grootste van Zuid Holland.
In het najaar van 1973 kwam er toestemming voor een tijdelijk clubhuis, het Thjodhild, op de huidige locatie aan de Rouwkooplaan. Begin 1974 werd dit clubhuis (opgebouwd uit portocabins) in gebruik genomen. Er was ineens veel ruimte. Zowel binnen als buiten.
Vanaf begin jaren ‘80 ontstaat Starrenburg I, het clubhuis wordt langzaam maar zeker ingebouwd. Niet alleen Starrenburg groeit, ook de groep breidde zich uit, met de Wilde Vaart, voor jongeren van 16 t/m 19 jaar. Meer boten waren nodig en meer ruimte in het clubhuis, dus er kwamen boten bij en er werden een paar portocabines bijgezet. In 1981 is de naam van de groep nogmaals gewijzigd, van Vikinggroep naar ‘Scoutinggroep Leif Erikson’. In 1983 werden er ook bij de huidige Esta’s meisjes toegelaten.
Na een voorbereiding van zo’n 6 jaar werd in 1992 de eerste steen gelegd voor het huidige clubhuis. Over de loop der jaren heeft de vloot zich in 2020 uitgebreid tot 11 lelievletten, 2 schouwen, 2 motorboten en een paar kleine zeilbootjes voor de Esta’s en zijn er wekelijks zo’n 130 kinderen en jongeren actief op en rond het Thjodhild.